We zijn ondertussen ongeveer één en een halve maand nadat we de eerste groentjes begonnen kweken in onze kweekbak aka de moestuin. De start van ons avontuur vind je hier. En weet je dat het eigenlijk best wel goed gaat?
De eerste 6 plantjes rode ui, die zijn spoorloos verdwenen. De reden is ons onbekend. Van de twaalf kroppen sla is er eentje die om de één of andere reden de geest gegeven heeft. Papa vermoedt dat er één of andere worm de wortels beginnen opeten is waardoor de krop afgestorven is. Dus hebben we slakkenkorrels gestrooid en de andere 11 kroppen sla hebben we allemaal kunnen opeten. Super hé!
Onze eerste tomatenplant, dat is een verhaal apart geworden. Die had Jeroen meegebracht van de winkel, maar het was nog veel te koud om deze in de buitenlucht te plaatsen… Dus werd deze binnen opgevoed en hiervoor groeide die keisnel, niet normaal. Toen het weer beterde hebben we die buitengezet in de bak en opeens begon die al zijn bladeren te laten hangen en deze krulden ook op. We hebben dan gesproeid voor de tomatenziekte, maar dat hielp precies niet. Omdat we toch tomaten wilden hebben we drie andere planten gekocht en deze plant gewoon op het einde van onze hof geplant en wil die leven, dan leeft die en anders sterft die. We geven hem natuurlijk wel water op de warme dagen, het lot tarten we niet hé. De nieuwe drie planten doen het ondertussen goed, er hangen al tomaten aan! En onze rare plant… Ewel, die leeft ook en er zitten ook bloemetjes in, en ook reeds beginnende tomaatjes. Straf hé.
Ondertussen zitten er terug 6 sla-planten in de bak, 6 wortelbolletjes-planten en 6 rode ui-plantjes. Het staat aardig vol, meer kan er echt niet meer bij. 🙂 Maar het is leuk en lekker en gezond!
Naast onze kweekbak hebben we ook butternut-pompoenen gezaaid in potjes. Van onze zaaisels zijn er slechts 2 die niet bovengekomen zijn. Weet je hoe we dit gedaan hebben? Ik heb de zaadjes eerst tussen vochtig keukenpapier laten kiemen. Dagelijks maak je het keukenpapier terug vochtig. Als de zaadjes gekiemd waren heb ik ze elk apart in een plantenpotje met bloemaarde geplant. Op die manier komen ze sneller boven en heb je meer succes. Een deel van deze plantjes staan bij papa in de moestuin en het andere deel staat achteraan in ons grasplein, de moestuin die geen moestuin is. Het is eens iets anders dan gras hé. 🙂 Dat deeltje zullen we de komende tijd slecht tot niet kunnen afmaaien. Dat is het enige nadeel. Als aan alle pompoenplantjes effectief pompoenen zullen groeien, dan zal Kleine meid (en ook wij) heel veel pompoensoep kunnen smullen! Mjammie!
Niets van dit alles is gesponsord.