Bij peetje staat er een “peche”boom, maar geen gewone. Het is een “peche”boom met rode perziken. Dit is een perzik die ik nog niet in de winkel heb zien liggen, maar die wel een lekkere smaak heeft. Eigenlijk zijn ze lekkerder dan de gewone perzik.
Twee weekends geleden hebben we met zijn allen perziken getrokken van die boom. Op die manier kun je ze nog proper verwerken zonder dat ze ‘blauwe’ plekken hebben. Dus geen rotte plekken en veel minder afval. Dat weekend zelf hadden we geen tijd meer om ze te verwerken en ze konden gerust nog een weekje verder rijpen in een kartonnen doos.
Afgelopen weekend was het gelei-tijd. Van een deel van de perziken hebben we gelei gemaakt. Volgens het kookboek van de Boerinnenbond zou je 1kg vruchten op 1kg suiker moeten mengen, maar weet je wel wat voor suikerboel dat wordt? En hoe ongezond dat is?
Het is al een tijdje dat ik aan het experimenteren ben met het minderen van suiker. Telkens opnieuw doe ik er wat minder suiker in. Het voordeel hiervan is dat de smaak van de vrucht meer tot zijn recht komt en dat het heel wat gezonder is. (ik moet er wel bijzeggen dat wij over het algemeen niet zoveel suiker gebruiken)
Vorig najaar hadden we bij een actie een pakje suiker gratis gekregen. Dat was geleisuiker maxi fruit. Hiermee heb ik de eerste 1,5kg vruchten verwerkt en de rest heb ik verwerkt met gewone suiker.
Hoe begin je daar nu aan? Ewel, het eerste is het plukken van de perzik, maar dat zal je zeker niet verwonderen. Zonder perziken, geen perzikengelei. Vervolgens was je deze en verdeel je deze in partjes zodat je de steen gemakkelijk kunt verwijderen. Het vruchtvlees en de schil doe je samen in een pot en hier doe je wat water bij. Dit zet je op een laag vuurtje zodat het vruchtvlees zacht wordt en je een smeuïg geheel hebt. Dit duurt toch wel even, afhankelijk van de hoeveelheid vruchten natuurlijk.
Ondertussen kun je een andere pot en je passe vite of roerzeef erbij halen. Als je merkt dat het vruchtvlees goed zacht is kun je de passe vite beginnen vullen en het draaien kan beginnen. Uiteindelijk hou je enkel de schillen in je passe vite over en het vruchtvlees en sap komen in je pot terecht. Met het vruchtvlees en sap gaan we confituur maken.
Bij dit vruchtvlees en sap doe je de suiker en vervolgens zet je alles terug op het vuur totdat je merkt dat de perzikengelei aan het dikken is. Je kan op een bordje een druppel laten vallen en als je het bordje scheef houdt en je druppel blijft (loopt dus niet uit) dan is die goed. Je kunt beginnen met het vullen van de potten. Het makkelijkste zijn de potten met een schroefdeksel. Als je deze vult, schroef je het deksel er op en je draait de pot onderste boven. Je kunt deze best in een plateau zetten. De pot moet zeker 24u onderste boven staan en liefst op een koudere plaats, bv. kelder. Hierna kun je je rek vullen met de vers gemaakte gelei.
Het smullen kan beginnen. 🙂
Dit bericht bevat geen sponsoring.