Maandagochtend. Mamaaaaa, ik wil geen broek aan doen, wel een kleedje zonder kousenbroek. De zon schijnt, hé. Dan moeten kindjes geen kousenbroek aandoen, enkel een kleedje is goed.
Mama denkt terug aan vorige zomer. De ene schaafwonden volgde de andere veel te snel op waardoor een legging het ultieme redmiddel was om de knietjes te beschermen. Maarja… Het is de eerste keer dit voorjaar dat Yentl een kleedje kan aandoen zonder kousenbroek, ik zal ze zo maar laten gaan naar school. Het zal wel meevallen.
Zo gedacht, zo gedaan.
’s Avonds kom ik thuis en komt Yentl naar mij. Mama, ik heb gevallen. Mijn knietjes doen pijn, mijn armpje doet ook pijn. En mijn lip en tandjes doen ook pijn. Ik kan niet eten. Er waren inderdaad stukjes van haar tandjes af en die stonden wat los (voor zoverre ik er aan mocht voelen). De volgende dag konden we reeds naar de tandarts en alles zou in de toekomst moeten goed komen. Omdat ze zo flink geweest was, mocht ze een speelgoedje kiezen. De klapperende kikker sprak haar het meeste aan.
Het valt al bij al mee. Het was wel even serieus schrikken. Ik hoop nu wel dat Yentl, de brokkenpiloot, het hierbij houdt en niet nog eens een accidentje tegenkomt. 🙂